'Mandolinen zongen zacht .... in Nicosia ….' Wie kent niet dit romantische lied van onze Zangeres Zonder Naam? De mandolines hebben echter niet altijd zo romantisch geklonken. De stad kent tijden van oorlog en overheersing van zowel Franken, Kruisvaarders, Venetianen, Ottomanen en de Britten, maar ook recentere geschiedenis toont grote onvrede met Turkije wat heeft geleid tot een splitsing van de stad in Noord- en Zuid-Nicosia. Elk van deze periodes heeft haar culturele sporen achtergelaten hetgeen de stad bijzonder en boeiend maakt voor een uitgebreid bezoek.
Als je Nicosia nadert vallen de dikke stadsmuren meteen op. Deze verdedigingswallen stammen uit 1600nna Chr. en omringen de hele stad. Ze zijn de erfenis van de Venetiaanse tijd. Op het eerste gezicht doet het denken aan een onneembare vesting maar eenmaal aan de wandel in de stad valt dat gevoel meteen weg. Er is veel te zien dus we moeten vroeg op pad. De pittoreske straatjes met hun kleurige handel ogen levendig. Daarnaast zijn er een flink aantal galerieën en een paar luxe winkelstraten met mondaine sfeer. Het gros van de straten is autovrij dat loopt lekker relaxed.
Wij komen voornamelijk voor de rijke Cypriotische cultuur. Op dit vlak valt genoeg te kiezen en we gaan eerst naar het Cyprus museum waar de geschiedenis van Cyprus van 7000 voor Chr. tot ca. 400 na Chr. in 12 zalen wordt tentoongesteld. Daar zijn we wel even bezig. Een must see in Cyprus is het cultureel centrum Makarios lll. Dit centrum is vernoemd naar bisschop en president Makarios. Hij was de eerste Cypriotische president na de onafhankelijkheidsrevolutie tegen de Britten. Het cultureel centrum is groot en geeft een goed historisch overzicht van het eiland tot en met de Byzantijnse periode (tot ca. 1200 na Chr.). Het museum heeft de grootste en kostbaarste iconencollectie van Cyprus en een aantal fraaie mozaïeken die zijn gered uit Noord-Cyprus tijdens de ongeregeldheden met de Turken. Vlakbij het museum ligt het bisschoppelijk paleis van Makarios dat ook te bezoeken is. Houd je van fresco’s dan is een bezoek aan de Kathedraal van St. Jan de Theoloog een aanrader. Ook hedendaagse- en moderne kunst is ruim vertegenwoordigd in de stad. Natuurlijk is er naast klassieke kunst- en cultuur ook een ruim aanbod hedendaagse kunst te vinden. Het Nationaal museum voor moderne kunst' is een goed voorbeeld van een mooie overzichtstentoonstelling van werk van Grieks-Cypriotische kunstenaars tussen 1930 en1980. Met de grote 'streetart' afbeeldingen ligt de moderne kunst zogezegd op straat. Of maak een keuze uit de galerieën aan het Lidras. Het is goed toeven in de Griekse sfeer met terrasjes en aantrekkelijke menuutjes op de kaart.
Waar we ook naar uitkijken is de beruchte ‘grens’ midden in de stad die het Turkse deel van Cyprus van het Griekse deel scheidt. Het deed me een beetje denken aan Berlijn waar ook midden in de stad zo’n merkwaardig grensfenomeen ligt; Checkpoint Charlie. Op Cyprus is sprake van een heuse grens waar je je paspoort moet laten zien, € 10,- moet betalen, en een stempel moet halen. De Turken hebben de onafhankelijkheid van Cyprus in 1960 nooit erkend. Dit leidde vanaf 1974 tot aanvallen van het Turkse leger in Noord-Cyprus. Deze aanvallen leidden er niet alleen toe dat duizenden Grieks-Cyprioten het noordelijke deel hebben moeten verlaten, maar ook dat veel cultureel erfgoed zoals kerken, kloosters en archeologische schatten zijn vernield en geplunderd. Ondanks de internationale protesten voor deze inval houdt Turkije het noordelijk deel nog steeds bezet. Het bezette deel van Cyprus wordt ook wel de Groene Lijn genoemd en loopt dwars door het hart van Nicosia.
‘Hos geldeniz’ staat op het grote bord na de paspoortcheck , ‘welkom’ in het Turks. En daar sta je ineens in een andere wereld. In het Grieks-Cypriotisch deel van Nicosia was weinig tot geen informatie te vinden over het noordelijke deel. We worden daarom meteen na de entree in Noord-Nicosia al bedolven onder kleurige folders en brochures over de culturele hoogtepunten van Noord-Cyprus, maar ook over de landelijke gebieden en de schoonheid van flora en fauna.
We gaan op zoek naar de grote St. Sophie kathedraal die stamt uit 1200 na Chr. Dit gebedshuis heet nu de Selimiye-moskee. Aan de buitenkant van de gotische kerk staan 2 grote minaretten tegen de muren geplakt. De oorspronkelijke versieringen en decoraties van het kerkinterieur zijn verwijderd. Er is een mihrab in de gebedsruimte gebouwd en uiteraard is de kerkvloer bedekt onder een dikke laag oosterse tapijten. Een authentiek Ottomaans hoogstandje is de karavanserai Buyun Han hetgeen ‘grote herberg’ betekent. Hiermee verwijst men naar de 16e eeuw, toen de handelsreizigers hier met hun karavanen een onderkomen vonden. Tegenwoordig is het een trekpleister vanwege de snuisterijenwinkeltjes, de heerlijke lunches en voortreffelijke koffie.
Een klein maar heel bijzonder museum is de Mevlevi Tekke. Het is een voormalig klooster (tekke) van de ‘Mevlevi-orde’; de dansende derwishen. Deze orde werd in de 13e eeuw gesticht in de Turkse stad Konya door de Perzische dichter Rumi. Hij wordt beschouwd als een van de grootste mystici van de islam. Door het ronddraaien raken de dansers in extase en komen ze dichter bij God. De serene sfeer in het complex is niet alleen zichtbaar maar ook zeker voelbaar.
Vanuit Nicosia is het mogelijk dagtrips te maken naar het Grieks-Cypriotische deel in het zuiden maar ook naar het noorden. Vooral de antieke stad Salamis (1000 voor Chr.) met zijn necropolis, gymnasium en de baden, en de oude havenstad Kyrenia zijn een dagtrip waard.
We lopen weer terug naar het Grieks-Cypriotische deel van Cyprus en wederom staat er een groot bord bij de grens met hierop de tekst ‘Güle Güle’. Dat betekent ‘tot ziens’ in het Turks.
Het is leuk om kennis te maken met twee totaal verschillende culturen in één stad. We hebben geen mandolinen gehoord in Nicosia maar hebben enorm genoten van ons verblijf onder een hemel van azuur.
©Dionne Delnoy
Juni 2021
Comments